Athus, van ijzer en staal
21
sep
2018
Door Emilie Batter 21 september 2018 Categorieën Geschiedenis, Ontdekken en bezoeken Geen commentaar
Op ontdekking van de overblijfselen van de industriële periode in Athus
Wil je meer weten ?
Download dan gratis ons tijdschrift Blik op de Ardennen (n°22 – zomer en herfst 2018). Klik hier
Van de achttiende tot midden de twintigste eeuw was Athus een parel van de metaal- en staalbewerking. Deze activiteit is een organisatie van de toeristische dienst van Aarlen, in samenwerking met het museum ‘Athus en het Staal’, en neemt u mee in de sporen van dit industrieel verleden.
© FTLB/ P. Willems
In het vorige nummer van Blik op de Ardennen hebben we je meegenomen naar de ontdekking van kleine buitengewone musea (het buitengewone is het thema van het themajaar in Wallonië! Zie hier!). Denk aan Emile en haar verzameling telefoons, onze duik in 100 jaar Scoutinggeschiedenis en de wereld van brandweerlieden.
© FTLB/ P. Willems
Het museum ‘Athus et l’Acier’ is al even opmerkelijk. Het dompelt ons onder in het industrieel verleden van het zuiden van het land. Zijn geschiedenis begint zowat twintig jaar geleden op de site van het vroegere staalbedrijf. Een collectie van meer dan 500 werktuigen, een geanimeerd fresco dat de fases van gietijzer tot staal schetst, een weergave in 3D van een hoogoven geven de bezoeker een goede kijk op het dagelijks leven van deze arbeiders die de faam van de staalbewerking van Athus maakten.
Een documentaire en een fototentoonstelling doen u de sfeer van de staalbewerking herleven. Stelt u zich het lawaai, het stof en de hitte voor, de toch wel barre omstandigheden voor deze moedige arbeiders. En het bezoek houdt daar niet op. Het draaide hier uiteraard om de metaalbewerkers, maar er waren ook nog heel wat andere diensten ingericht, zoals een ziekenboeg of een elektromechanica-atelier. Daarnaast in spireerde de staalnijverheid enkele lokale kunstenaars van wie de werken in het museum te zien zijn.
Op deze manier wil de VZW Athus et l’Acier een tastbare getuigenis doorgeven aan de jonge generaties, niet enkel van de staalbewerking in de streek, maar ook van de hoge economische vlucht waar de nijverheid toe leidde, tot ze van af de jaren 1970 in een rampzalig dal belandde. Zo geven de bezoekers zich ook rekenschap van hoe armzalig de arbeidersklasse toen leefde, in het begin van deze nochtans bloeiende industrie. In een bibliotheek over het thema zijn ook tal van documenten verzameld.
Wie geïnteresseerd is in deze echte getuigenissen en een tentoonstelling willen ontdekken kan het museum bezoeken tijdens het Weekend van de Landschappen of natuurlijk op een ander moment.